Bijengif

Printvriendelijke versiePrintvriendelijke versie

bijengifBijengif wordt geproduceerd in de gifklier in het abdomen van de werksters.

Ze gebruiken hun angel om het bijenvolk te verdedigen.

Bij het steken in de huid blijft de angel met weerhaakjes achter. Het angelapparaat scheurt los. De gifklier wordt pompend geledigd.

Bovendien wordt er een alarmferomoon vrijgesteld dat andere bijen informeert en tot verdediging aanzet.

ü  Het is een complex geheel van enzymen, peptiden zoals histamine en de toxinen apamine en mellitine.

Na een bijensteek ontstaat er een locale reactie op de toxines: brandend gevoel, zwellen, rood worden (papelvorming). Dit zijn de normale reacties.

Na meerdere steken ontstaat immuniteit.

Een deel van de bevolking (5%?) reageert allergisch.

We onderscheiden 4 gradaties:

  • eerste graad: jeuk, netelroos, bleek worden.
  • tweede graad: oedeem, buikpijn, kortademigheid, braken.
  • derde graad: bloeddrukdaling, verhoogde hartslag, heesheid, bedwelming, doodsangst, koud zweet.
  • vierde graad: bloeddruk daalt sterk, bewusteloosheid, comateuze toestand, anafylactische chock (collaps).

Hevige reacties treden op binnen de 5 minuten.

In bijengifmelkerijen wordt zuiver bijengif opgevangen. Er worden verdunningsreeksen mee aangemaakt voor desensibilisatie van allergische personen. In een cyclus van 4 dagen worden onder medisch toezicht klimmende concentraties bijengif ingespoten. Een jaarlijkse onderhoudsinspuiting is noodzakelijk.

Talrijke publicaties rapporteren de positieve invloed van bijengif als ontstekingsremmer.

bijengif2